B-Trendy 23

Tutorial B2453 Dress step 10 step 9 step 8 step 5 step 6 step 7 step 4 step 12 step 11 step 1 step 3 step 2 1. Stik het voorpand uitgerekt aan het rok voorpand. 8. Stik de manchet iets uitgerekt aan de mouw. 1 3a 2 3 2 4 1 3a 2 2 4 1 3a 2 2. Stik het achterpand uitgerekt aan het rok achterpand. 3. Stik de schoudernaden van het voorpand en achterpand. 4. Stik de zijnaden van het voor- en achterpand. 5. Sluit de 9. Sluit de halsboord en vouw het met de verkeerde kant op elkaar. 10. Stik de halsboord iets uitgerekt aan de hals. 11. Vouw de naad naar binnen en stik de de goede kant door. (met een stretchstee 4 B A A 1 2 4 A 1 2 4 A 1. Stik het voorpand uitgerekt aan het rok voorpand. 8. Stik de manch t iets uitgerekt aan de mouw. 1 3a 2 3 2 4 1 3a 2 2 4 1 3a 2 4 2. Stik het achterp nd uitgerekt aan het rok ach erp nd. 3. Stik de schoudernaden van h t oorpand en achterp nd. 4. Stik de zijna n van h t oor- n achterp nd. 5. Sluit de mouw. 9. Sluit de halsboord en v uw het met d verkeerd kant op elkaar. 10. Stik de halsboord iets uitgerekt aan de h ls. 11. Vouw de naad naar bin en en stik d halsnaad de goede kant oor. (met een stretchsteek) 4 B A A 1 2 4 A 1 2 4 A oorpand uitgerekt aan pand. nchet iets uitgerekt w. 3a 2 3 2 4 1 3a 2 2 4 1 3a 2 4 2. Stik het achterpand uitgerekt aan het rok acht rpand. 3. Stik de schoudernaden van het voorpand en achterpand. 4. Stik de zijnaden van het voor- en achterpand. 5. Sluit de mouw. 9. Sluit de halsboord en vouw het met de verkeerde kant op elkaar. 10. Stik de halsboord iets uitgerekt aan de hals. 11. Vouw de naad naar binnen en stik de halsnaad evt. aan de goede kant door. (met een stretchsteek) 4 B A A 1 2 4 A 1 2 4 A 2 4 1 3a 2 4 4. Stik de zijnaden van het voor- en achterpand. 5. Sluit de mouw. 6. Stik de mouw in het armsgat. Let hierbij op de tekens. e hals. 11. Vouw de naad naar binnen en stik de halsnaad evt. aan de goede kant door. (met een stretchsteek) 12. Stik een zoom aan de onderkant van de jurk. 2 1 4 7. Sluit de manchet en vouw het met de verkeerde kant op elkaar. B B 1 2 4 A 3a 2 4 1 3a 2 4 4. Stik de zijnaden van het voor- en achterpand. 5. Sluit de mouw. 6. Stik de mouw in het armsgat. Let hierbij op de tekens. 11. Vouw de naad naar binnen en stik de halsnaad evt. aan de goede kant door. (met een stretchsteek) 12. Stik een zoom aan de onderkant van de jurk. 2 1 4 7. Sluit de manchet en vouw het met de verkeerde kant op elkaar. B B 1 2 4 A 3a 4 an het voor- en 5. Sluit de mouw. 6. Stik de mouw in het armsgat. Let hierbij op de tekens. Vouw de naad naar binnen en stik de halsnaad evt. aan oede kant door. (met een stretchsteek) 12. Stik een zoom aan de onderkant van de jurk. 2 1 4 7. Sluit de manchet en vouw het met de verkeerde kant op elkaar. B B 1 2 4 A 3a 4 5. Sluit de mouw. 6. Stik de mouw in het armsgat. Let hierbij op de tekens. nnen en stik de halsnaad evt. aan een stretchsteek) 12. Stik een zoom aan de onderkant van de jurk. 2 1 4 7. Sluit de manchet en vouw het met de verkeerde kant op elkaar. B B 1 2 A 3a 1. Stik het voorpand uitgerekt aan het rok voorpand. 8. Stik de manchet iets uitgerekt aan de mouw. 1 3a 2 3 2 4 1 3a 2 2 4 1 3a 2 2. Stik het achterpand uitgerekt aan het rok achterpand. 3. Stik de schoudernaden van het voorpand en achterpand. 4. Stik de zijnaden van het voor- en achterpand. 9. Sluit de halsboord en vouw het met de verkeerde kant op elkaar. 10. Stik de halsboord iets uitgerekt aan de hals. 11. Vouw de naad naar binn de goede kant door. (met ee 4 B A A 4 1 2 4 A d uitgerekt aan ets uitgerekt 2 3 2 4 1 3a 2 2 4 1 3a 2 4 2. Stik het achterpand uitgerekt aan het rok achterpand. 3. Stik de schoudernaden van het voorpand en achterpand. 4. Stik de zijnaden van het voor- en achterpand. 5. Sluit de mouw. 9. Sluit de halsboord en vouw het met de verkeerde kant op elkaar. 10. Stik de halsboord iets uitgerekt aan de hals. 11. Vouw de naad naar binnen en stik de halsnaad de goede kant door. (met een stretchsteek) B A A 1 2 4 A 1 2 4 A 2 3 2 4 1 3a 2 2 4 1 3a 2 4 2. Stik het achterpand uitgerekt aan het rok achterpand. 3. Stik e schoudernaden van het voorpand en achterpand. 4. Stik de zijnaden van het voor- en achterpand. 5 Sluit de mouw. 6. Le 9. Sluit de halsboord en vouw het met de verkeerde kant op elkaar. 10. Stik de halsboord iets uitgerekt aan de hals. 11. Vouw de naad naar binnen en stik halsnaad evt. aan de goede kant door. (met een stretchsteek) A A 1 2 4 A 1 2 4 A 2 4 1 3a 2 4 e zijnaden van het voor- en and. 5. Sluit de mouw. 6. Stik de mouw in het armsgat. Let hierbij op de tekens. 11. Vouw de naad naar binnen en stik de halsnaad evt. aan de goede kant door. (met een stretchsteek) 12. Stik een zoom aan de onderkant van de jurk. 2 1 4 7. Sluit de manchet en vouw het met de verkeerde kant op elkaar. B B 1 2 4 A 3a 4 het voor- en 5. Sluit de mouw. 6. Stik de mouw in het armsgat. Let hierbij op de tekens. uw de naad naar binnen en stik de halsnaad evt. aan ede kant door. (met een stretchsteek) 12. Stik een zoom aan de onderkant van de jurk. 2 1 4 7. Sluit de manchet en vouw het met de verkeerde kant op elkaar. B B 1 2 4 A 3a Français Pièces du patron: A BLEU 1. Devant 1x 2. Dos 1x 3. Jupe dos 1x 3a. Jupe devant 1x 4. Manche 2x Dessiner lapièce 3aàpartir depièce 3. Couper sur mesure: (Les surplus de couture sont à rajouter) A. Biais d’encolure 19-19,5-20,5-2122-23-23,5-24,5-25 x 4 cm. 1x (sur le pli du tissu) B. Bas de manche 13-14-15-16-1718-19-20-21 x 9-9-9-10-10-11-1112-12 cm. 2x Instructions: 1. Plier le devant en l’étirant légèrement sur le devant de la jupe. 2. Plier le dos en l’étirant légèrement sur le dos de la jupe. Astuce : Si le tissu ne peut pas être suffisamment étiré, froncer le bas des pièces devant et dos. 3. Coudre les coutures d’épaules du devant et du dos. 4. Coudre les coutures latérales du devant et du dos. 5. Fermer la manche. 6. Coudre la manche dans l’emmanchure en faisant attention aux repères. 7. Plier le bas de manche endroit contre endroit et coudre le côté pour obtenir un bracelet. 8. Plier le bas de manche dans la longueur envers contre envers et coudre à lamanche en l’étirant légèrement. 9. Plier le biais d’encolure endroit contre endroit et coudre le côté pour obtenir un bracelet. 10. Coudre le biais d’encolure au col en l’étirant légèrement. 11. Coudre la couture vers l’intérieur et surpiquer la couture du col sur l’endroit (avec un point d’étirage). 12. Faire un ourlet au bas de la robe. 31

RkJQdWJsaXNoZXIy MTQ0ODQzMw==